Zuid-Holland hoeft geen ontheffing te geven voor Decathlon

28 October 2020, 12:42 uur
Den Haag & Regio
mainImage
Google Maps

Het provinciebestuur van Zuid-Holland hoefde geen ontheffing van de provinciale regels te verlenen voor vestiging van Decathlon buiten het stadscentrum van Den Haag. Dat blijkt woensdag uit een uitspraak van de Raad van State. Volgens de afdeling bestuursrechtspraak is het namelijk aannemelijk dat de komst van de sportwinkel zal leiden tot het verdwijnen van winkels in het centrum van de stad en daarmee tot een merkbare invloed op leegstand en leefbaarheid daar.  
 
Met de vestiging van de sportzaak op het Forepark Rhône (de zaak diende ook voor een winkel op het Sportplaza Harga in Schiedam) is volgens de Raad van Staten een provinciaal belang gemoeid. De provincie hanteert een zogenoemde  ‘brancheringsregel’ die nieuwe winkels die inpasbaar zijn binnen stadscentra of in bestaande winkelcentra, alleen daar toestaat.

De provincie kan echter een ontheffing verlenen als het weren van de winkels op de bedrijventerreinen geen zinvolle bijdrage levert aan dat doel, zo melde de RvS. Omdat de komst van de sportwinkels op de bedrijventerreinen een “merkbare invloed” op de centra kan hebben, leveren de besluiten van het provinciebestuur een zinvolle bijdrage aan dat doel en mocht de provincie de benodigde ontheffingen weigeren.

Volgens de uitspraak kan het Haagse college nu bepaalde delen van het bestemmingsplan alsnog bekend maken en in werking laten treden. Daarmee zouden de sportwinkels, zo geeft de RvS aan, planologisch gezien tóch weer zijn toegestaan. "Maar het is niet waarschijnlijk dat deze bestemmingsplannen in een juridische procedure dan de eindstreep zullen halen. Vestigingen van Decathlon buiten de stadscentra zijn immers in strijd met regels van de provincie Zuid-Holland", zo wijst de Raad op de uitspraak van woensdag.